Abt Bernard Peeters prikkelde op 22 februari 2019 tijdens zijn lezing over benedictijns leiderschap de aanwezigen met enige uitdagende stellingen. Met name de opvatting dat volgens Benedictus van Nursia het begrip dienend leiderschap niet volstaat om alle dimensies van het leiderschap te omschrijven prikkelde de toehoorders.
Abt Bernard Peeters
Abt Bernard Peeters is sinds 2005 abt van de trappistenabdij Koningshoeven in Berkel-Enschot. Hij combineert deze functie sinds 2017 met het voorzitterschap van de Konferentie Nederlandse Religieuzen. Hij belichtte het benedictijns leiderschap vanuit zijn eigen ervaring in het monastieke leven en zijn ervaring als abt van Koningshoeven. Deze abdij behoort tot de cisterciënzerabdijen van de strikte observantie, in de volksmond beter bekend als trappisten. De communiteit leeft vanuit het gedachtegoed van Benedictus van Nursia en Bernardus van Clairvaux.
Abt Peeters trad in 1986 in bij de trappisten van Koningshoeven. In 1991 deed hij zijn plechtige professie en in 1997 ontving hij de priesterwijding. Hij vervulde, voordat hij tot abt gekozen werd, verschillende andere functies binnen de abdij zoals prior en novicenmeester. ¨In 2005 koos de gemeenschap mij tot abt. Dat is een belangrijk element in het benedictijns leiderschap. Abten worden gekozen door hun gemeenschap. De zorg van een abt beperkt zich ook niet tot zijn eigen gemeenschap. Er zijn nog vijf gemeenschappen met de abdij Koningshoeven verbonden. Door de keuze tot voorzitter van de KNR (Konferentie Nederlandse Religieuzen) is deze verantwoordelijkheid verbreed met taken voor andere vormen van religieus leven. In Nederland zijn 190 religieuze families actief.¨
Leiderschap vraagt om een bron
Leiderschap vraagt om een bron. Benedictus wijst op het belang van de nederigheid. Het benedictijns leiderschap kent verschillende facetten. Abt Peeters verduidelijkt dit aan de hand van de architectuur van het benedictijns klooster. Benedictijnerabdijen zijn gebouwd rond een leeg pandhof. Dit pandhof is feitelijk het centrum van de abdij. In het midden van dit pandhof staat een fontein waar vier stromen water uit stromen. Deze vier stromen, die verwijzen naar de vier stromen van het paradijs, staan model voor de bronnen van inspiratie.
Vier dimensies: vader, herder, geneesheer en leraar
Abt Peeters onderscheidde vier dimensies binnen het leiderschap van de abt. Deze zijn alle vier nodig. De eerste is die van het vaderschap. Het woord abt is afgeleid van abba wat vader betekent. Hij oefent dit vaderschap in geestelijk en tijdelijk opzicht uit. De broeders kiezen hem om hen te dienen. Als vader heeft de abt aandacht voor elke monnik. Hij moet zich aanpassen aan de eigen aard van elke monnik die aan hem is toevertrouwd. Abt Peeters is ook betrokken bij het management van de brouwerij. ¨Ik loop elke maandag rond op de brouwerij. Daar praat ik met iedereen om te weten wat er in het leven van onze medewerkers speelt.¨ Het vaderschap is ook verbonden met het doorgeven van het leven. Binnen het celibataire bestaan van de monnik gaat het om het ontwikkelen van een vreugdevolle levenshouding die zich toewendt naar de wereld.
De abt is herder. Hij is zo een beeld van de goedheid en menslievendheid van Jezus Christus. Het herderschap heeft te maken met geestelijke begeleiding. In het proces van geestelijke begeleiding gaat de abt met zijn mensen op weg. Soms trekt jij voor de monniken uit, soms loopt hij achter de monniken. Het doel van het religieus leven is God te ontmoeten. Soms verliezen we dat uit het oog. In het proces van geestelijke begeleiding spreekt de abt met iedere broeder en onderzoekt samen met hem of hij nog op de goede weg zit. Hij peilt wat er leeft aan de buiten- en binnenkant
De abt is een geneesheer. Hij zorgt ervoor dat niemand verloren gaat. Als de abt dit dienstwerk goed uitoefent, is hij in staat wonden te zien en te verzorgen. De abt moet, om deze taak te vervullen, zich bewust zijn van zijn eigen wonden. Pas dan kun je de ander echt helpen. Soms moet de abt de monnik een spiegel voorhouden om hem te genezen. In dit proces oefent de abt geduld uit. Geduld is een belangrijke eigenschap van een leider.
De abt is een leraar. De oudste monastieke gemeenschappen groeiden rond een oudere man of vrouw die onderricht in het geestelijk leven gaven. Rondom deze charismatische en heilige personen groepeerden zich vrouwelijke en mannelijke gemeenschappen. De wijsheidsspreuken van de woestijnvaders vatten hun lessen samen. Het zijn pareltjes van wijsheid. Een maal per week geeft de abt onderricht. Dit doet de abt ook in het bedrijf dat hij mede leidt. Een keer per week, op vrijdagmiddag, ontmoet hij het personeel. Hij staat dan in een inspireren woord stil bij datgene wat er de afgelopen week gebeurd is en kijkt vooruit naar de dingen die gaan komen. Als er spanningen zijn, kunnen die aan de orde komen. Dit gebeurt steeds onder het genot van een drankje en een hapje.
Voor Benedictus geldt dat de kwaliteiten van de abt ook voor de broeders gelden. De broeders moeten in de abt Christus kunnen herkennen. De broeders moeten ook in elkaar Christus kunnen zien. Het leiderschap van de abt is, volgens abt Peeters breder dan het dienend leiderschap. Soms moet de abt zijn verantwoordelijkheid nemen. De ander zal moeten volgen.
De leider als tuinman die het proces van geestelijke groei van de ander bevordert
Zelf prefereert abt Peeters het beeld van de tuinman. Hij is geroepen de ander te helpen in het proces van geestelijke groei en helpen te worden wie hij of zij ten diepste zijn. Daaraan is de abt dienstbaar.